Text copied!
CopyCompare
De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939 - Spreuken - Spreuken 24

Spreuken 24:24-33

Help us?
Click on verse(s) to share them!
24Wie tot een schuldige zegt: ge hebt gelijk, De volkeren zullen hem verwensen, De naties hem vloeken.
25Maar die hem bestraffen, gaat het goed, Op hen rust zegen en voorspoed;
26Een kus op de lippen krijgt hij, Die een rechtvaardige uitspraak doet.
27Stel orde op uw werk buitenshuis, Maak, dat het klaar is op uw akker; Neem dan eerst een vrouw En bouw u een huis.
28Leg geen valse getuigenis af tegen uw naaste, Waarom zouden uw lippen bedriegen?
29Zeg niet: “Zoals hij mij heeft gedaan, zal ik hem doen; Ik zet den man zijn daden betaald.”
30Ik kwam eens langs de akker van een luiaard, Langs de wijngaard van een dwaas;
31En zie: hij was geheel met onkruid begroeid, De grond met distels bedekt, En de stenen muur lag in puin.
32Toen ik dat zag, nam ik het ter harte; Toen ik dat merkte, heb ik er deze les uit getrokken:
33Nog even slapen, nog even soezen, Nog even in bed de handen over elkaar;

Read Spreuken 24Spreuken 24
Compare Spreuken 24:24-33Spreuken 24:24-33