6Men snijdt zich de voeten af en mishandelt zichzelf, Wie een dwaas een boodschap laat doen.
7Voor een lamme hebben zijn benen geen nut; Zo is het met een spreuk in de mond van dwazen.
8Als iemand, die een kei bij een edelsteen legt, Is hij, die eerbetoon schenkt aan een dwaas