86Al uw geboden zijn waarachtig, Maar men vervolgt mij met leugens: Ach kom mij te hulp;
87Men had mij haast van de aarde verdelgd, Toch had ik mij niet aan uw bevelen onttrokken;
88Behoud mij in het leven naar uw genade, En de vermaningen van uw mond volg ik op!
89Uw woord blijft eeuwig, o Jahweh, Het staat vast als de hemel;
90Uw bestel houdt stand van geslacht tot geslacht, Staat vast als de aarde, die Gij hebt gegrond;
91En naar uw voorschriften blijven ze ook nu nog bestaan, Want het heelal is uw dienstknecht!