13En een stem klonk hem tegen: Sta op, Petrus, slacht en eet.
14Maar Petrus sprak: Onmogelijk, Heer; want nog nooit heb ik iets gegeten, wat bezoedeld is, of onrein.
15Weer klonk tot hem een stem, nu voor de tweede maal: Wat God rein heeft verklaard, moogt gij niet bezoedeld noemen.
16Dit gebeurde tot driemaal toe; daarna werd plotseling de zak naar de hemel opgetrokken.