5De hemelen loven uw wondermacht, Jahweh, En uw trouw in de gemeenschap der heiligen;
6Want wie in de wolken kan zich meten met Jahweh, Wie van Gods zonen is aan Jahweh gelijk?
7Geweldig is God in de gemeenschap der heiligen, Machtig, ontzaglijk boven allen om Hem heen!
8God der heirscharen, Jahweh, wie komt U nabij; Uw almacht en trouw omringen U, Jahweh!