Text copied!
CopyCompare
De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939 - Psalmen - Psalmen 45

Psalmen 45:1-12

Help us?
Click on verse(s) to share them!
1Voor muziekbegeleiding; op de wijze van: “Leliën” Van de zonen van Kore; een minnelied. Een heerlijk lied ontwelt aan mijn hart, Ik wil den Koning mijn zang doen horen; Mijn tong is als een vlotte pen:
2Gij zijt de schoonste onder de kinderen der mensen, Aanminnigheid ligt op uw lippen, Zo heeft God U voor eeuwig gezegend.
3Gord uw zwaard om de heupen, o held, Omkleed U met glorie en luister;
4Vol moed op uw ros voor waarheid, onschuld en recht! Uw rechterhand lere U machtige daden;
5Scherp zijn uw pijlen: volkeren liggen onder uw voet, ‘s Konings vijanden ontzinkt de moed!
6Uw troon staat vast in de eeuwen der eeuwen, Uw koningsschepter is een schepter van recht;
7Gij hebt de gerechtigheid lief, maar haat de boosheid. Daarom heeft Jahweh, uw God, U gezalfd Met vreugde-olie als geen uwer broeders;
8Al uw kleren geuren van mirre, aloë en laurier. Uit ivoren paleizen juichen de harpen U toe,
9Koningsdochters staan onder uw schonen; Daar treedt de Koningin aan uw rechter in ofir-brocaat!
10Hoor, Dochter! Zie, en neig uw oor, Vergeet uw volk en het huis van uw vader:
11Laat de Koning uw schoonheid begeren; Breng Hem uw hulde, want Hij is uw Heer!
12Dan komt de dochter van Tyrus tot U met geschenken, En zoeken de rijkste volken uw gunst.

Read Psalmen 45Psalmen 45
Compare Psalmen 45:1-12Psalmen 45:1-12