2Looft Jahweh met citers, Bespeelt voor Hem de tiensnarige harp;
3Stemt een nieuw lied voor Hem aan, Tokkelt de lieren, lustig en luid!
4Want Jahweh’s woord is waarachtig, Onveranderlijk al zijn daden.
5Gerechtigheid en recht heeft Hij lief; Van Jahweh’s goedheid is de aarde vol.
6Door het woord van Jahweh zijn de hemelen gemaakt, Door de adem van zijn mond heel hun heir;
7Hij verzamelde het water der zee in een zak, Legde de oceanen in schuren op.