154Wees mijn verdediger en mijn beschermer, En doe mij leven naar uw bestel.
155Het heil blijft ver van de bozen verwijderd, Want ze zoeken uw inzettingen niet;
156Maar uw barmhartigheid, Jahweh, is groot, Wek mij ten leven naar uw woord.
157Al zijn mijn vervolgers en vijanden talrijk, Van uw vermaningen wijk ik niet af;
158Het walgt mij, als ik trouwelozen aanschouw, Die uw geboden niet willen volbrengen.
159Zie, hoe ik uw bevelen liefheb, o Jahweh, Laat mij dan leven naar uw genade;