Text copied!
CopyCompare
De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939 - Numeri - Numeri 25

Numeri 25:5-12

Help us?
Click on verse(s) to share them!
5Moses beval dus de rechters van Israël: Ieder moet zijn mannen doden, die Báal-Peor hebben vereerd.
6Maar terwijl Moses en heel de gemeenschap der Israëlieten bij de ingang van de openbaringstent weenden, kwam er nog een Israëliet voor hun ogen een midjanietische vrouw naar de zijnen brengen.
7Toen Pinechas, de zoon van Elazar, den zoon van den priester Aäron, dit zag, stond hij op uit de kring der gemeenschap, greep een speer,
8ging den Israëliet tot in het slaapvertrek achterna, en doorstak hen beiden, den Israëliet en de vrouw in het slaapvertrek. Toen hield die ramp onder de Israëlieten op.
9Maar door die ramp waren er intussen vier en twintig duizend gestorven.
10Nu sprak Jahweh tot Moses:
11Pinechas, de zoon van Elazar, den zoon van den priester Aäron, heeft door zijn ijveren onder hen voor mijn zaak, mijn toorn van de Israëlieten afgewend, zodat Ik de Israëlieten in mijn ijverzucht niet hoef te verdelgen.
12Zeg daarom: Zie, Ik sluit met hem mijn vredesverbond.

Read Numeri 25Numeri 25
Compare Numeri 25:5-12Numeri 25:5-12