16Baäna, de zoon van Choesjai, over Aser en Bealot.
17Jehosjafat, de zoon van Paróeach, over Issakar.
18Sjimi de zoon van Ela, over Benjamin.
19Géber, de zoon van Oeri, over het land van Gilad, het land van Sichon, den koning der Amorieten, en dat van Og, den koning van Basjan. En er was één landvoogd in het land van Juda.