Text copied!
CopyCompare
De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939 - Johannes - Johannes 19

Johannes 19:26-35

Help us?
Click on verse(s) to share them!
26Jesus zag zijn moeder staan, en naast haar den leerling, dien Hij beminde. En Hij sprak tot zijn moeder: Vrouw, ziedaar uw zoon.
27Daarna sprak Hij tot den leerling: Ziedaar uw moeder. En van dat ogenblik af nam de leerling haar bij zich op.
28Toen wist Jesus, dat thans alles was volbracht; Hij sprak, opdat de Schrift zou worden vervuld: Ik heb dorst.
29Er stond daar een kruik met azijn; men stak dan een spons vol azijn op een hysopstengel, en bracht ze Hem aan de mond.
30Toen Jesus de azijn had genuttigd, zeide Hij: Het is volbracht. Hij boog het hoofd, en gaf de geest.
31Daar het daags voor het paasfeest was, en er op de sabbat geen lijken aan het kruis mochten blijven, (het was nog wel een grote sabbat,) verzochten de Joden aan Pilatus, dat men hun de benen zou breken, en hen afnemen.
32Daarom kwamen de soldaten en braken de benen van den eerste, die met Hem was gekruisigd, daarna die van den tweede.
33Toen ze bij Jesus waren gekomen en zagen, dat Hij reeds was gestorven, braken ze Hem de benen niet.
34Maar een der soldaten doorboorde met een lans zijn zijde; en aanstonds vloeide er bloed uit en water.
35En hij, die het gezien heeft, legt er getuigenis van af, opdat ook gij geloven moogt. Zijn getuigenis is waarachtig; ook Hij weet, dat hij de waarheid zegt.

Read Johannes 19Johannes 19
Compare Johannes 19:26-35Johannes 19:26-35