8Hij hing hem de borsttas om, en legde in de borsttas de Oerim en de Toemmim;
9hij zette hem de tulband op, en bevestigde van voren aan de tulband de gouden plaat, de heilige diadeem, zoals Jahweh het Moses bevolen had.
10Daarna nam Moses de zalfolie, en zalfde de tabernakel met al wat daarin was, om het te wijden.