14 De vrede aan uw grenzen geschonken, U met de bloem der tarwe verzadigd.
15 Hij is het, die de aarde zijn bevelen stuurt, En haastig rept zich zijn woord:
16 Die sneeuw als wolvlokken zendt, Zijn ijzel rondstrooit als as.
17 Hij werpt zijn hagel bij brokken, En voor zijn koude stollen de wateren;
18 Maar Hij stuurt zijn bevel, en ze smelten: Zijn winden waaien, weer stromen de wateren.
19 Hij maakte Jakob zijn geboden bekend, Israƫl zijn bevelen en wetten: