Text copied!
Bibles in Dutch

Psalmen 119:51-70 in Dutch

Help us?

Psalmen 119:51-70 in De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939

51 Al bespotten de bozen mij nog zo vijandig, Toch wijk ik niet af van uw wet;
52 Ik blijf uw aloude voorschriften indachtig, En voel mij er door getroost, o Jahweh;
53 Maar gramschap maakt zich van mij meester, Om de zondaars, die uw geboden verlaten.
54 Uw inzettingen ruisen als zangen mij tegen In het huis van mijn ballingschap;
55 Des nachts, o Jahweh, gedenk ik uw Naam, En volg uw vermaningen op;
56 Want dit is mijn plicht: Dat ik uw bevelen volbreng.
57 Gij zijt mijn erfdeel, o Jahweh: Ik heb beloofd, uw woord te volbrengen;
58 Van ganser harte zoek ik uw aanschijn, Wees mij genadig naar uw bestel.
59 Ik overleg bij mijzelf, welke weg ik moet gaan, En naar uw vermaningen richt ik mijn schreden;
60 Ik haast mij, zonder ooit te talmen, Om uw geboden te onderhouden;
61 En al houden mij de strikken der bozen gevangen, Nooit vergeet ik uw wet;
62 Midden in de nacht sta ik op, Om U voor uw rechtvaardige voorschriften te danken.
63 Ik ben de vriend van al, die U vreest, En die uw bevelen volbrengt;
64 De aarde is vol van uw goedheid, o Jahweh, Leer mij maar uw inzettingen kennen.
65 Gij hebt uw dienstknecht wèl gedaan, O Jahweh, naar uw woord;
66 Schenk mij een helder oordeel en inzicht, Want ik heb vertrouwen in uw geboden.
67 Eer ik vernederd werd, dwaalde ik af, Maar nu houd ik mij aan uw bestel;
68 Gij zijt goed en doet wèl: Leer mij dan uw inzettingen kennen.
69 Onbeschaamden belasteren mij, Want van ganser harte neem ik uw bevelen in acht;
70 Lomp als vet is hun hart, Maar ìk vind mijn vreugd in uw wet;
Psalmen 119 in De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939