Text copied!
Bibles in Dutch

Psalmen 119:141-176 in Dutch

Help us?

Psalmen 119:141-176 in De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939

141 En al ben ik maar klein en gering, Nooit wil ik uw bevelen vergeten.
142 Ongerept blijft uw gerechtigheid voor eeuwig en immer, En waarachtig uw wet;
143 Al treffen mij nood en ellende, Uw geboden zijn mijn verkwikking.
144 Uw inzettingen zijn rechtvaardig voor eeuwig; Onderricht mij er in, opdat ik blijf leven!
145 Ik roep met heel mijn hart: Jahweh verhoor mij! Uw inzettingen wil ik trouw onderhouden;
146 Ik roep U aan: ach, kom mij te hulp, Om uw vermaningen te beleven.
147 Ik ben met mijn smeken de dageraad vóór, Want ik smacht naar uw woord;
148 En mijn ogen voorkomen de nachtwake, Om op te zien naar uw bestel.
149 Hoor in uw goedheid mijn smeken, o Jahweh, En wek mij naar uw beschikking ten leven;
150 Mijn listige vervolgers zijn al nabij, Maar ze houden zich ver van uw wet;
151 Maar Gij ook, Jahweh, zijt nabij, En waarachtig zijn al uw geboden;
152 Van oudsher ken ik uw bevelen, Want Gij hebt ze gegeven voor eeuwig!
153 Aanschouw mijn ellende, en kom mij te hulp, Want nooit vergeet ik uw wet;
154 Wees mijn verdediger en mijn beschermer, En doe mij leven naar uw bestel.
155 Het heil blijft ver van de bozen verwijderd, Want ze zoeken uw inzettingen niet;
156 Maar uw barmhartigheid, Jahweh, is groot, Wek mij ten leven naar uw woord.
157 Al zijn mijn vervolgers en vijanden talrijk, Van uw vermaningen wijk ik niet af;
158 Het walgt mij, als ik trouwelozen aanschouw, Die uw geboden niet willen volbrengen.
159 Zie, hoe ik uw bevelen liefheb, o Jahweh, Laat mij dan leven naar uw genade;
160 Uw woord is een en al waarheid, En eeuwig houden al uw rechtvaardige voorschriften stand.
161 Vorsten vervolgen mij zonder enige grond, Maar mijn hart is enkel beducht voor uw woord.
162 Ik verheug mij over uw bestel, Als iemand, die rijke buit heeft gemaakt;
163 Leugen en haat verfoei ik, Maar uw inzettingen heb ik lief.
164 Zeven maal daags zing ik uw lof, Om uw rechtvaardige voorschriften;
165 Die uw wet beminnen, genieten een heerlijke vrede, En struikelen nooit.
166 Jahweh, ik smacht naar uw heil, En onderhoud uw geboden;
167 Ik volg uw vermaningen op, En bemin ze van harte;
168 Ik volbreng uw bevelen, Ja, heel mijn leven ligt voor U bloot!
169 Jahweh, mijn smeken dringe tot U door, Geef mij inzicht naar uw woord;
170 Moge mijn gebed voor uw aangezicht komen, Breng mij redding naar uw bestel.
171 Dan zal een lofzang mijn lippen ontstromen, Omdat Gij uw inzettingen mij hebt geleerd;
172 En mijn tong zal uw waarachtigheid loven, Want al uw vermaningen zijn gerecht.
173 Uw hand zij bereid, mij te helpen, Want uw bevelen heb ik verkoren;
174 Jahweh, ik smacht naar uw heil, En uw wet is mij een verkwikking.
175 Mijn ziel moge leven, om U te loven, En uw voorschriften mogen mij helpen;
176 Als een verloren schaap dool ik rond: zoek uw dienaar weer op, Want nimmer heb ik uw geboden vergeten!
Psalmen 119 in De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939