Text copied!
Bibles in Dutch

Psalmen 119:137-158 in Dutch

Help us?

Psalmen 119:137-158 in De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939

137 Rechtvaardig zijt Gij, o Jahweh, En ook uw voorschriften zijn volgens recht;
138 In gerechtigheid hebt Gij uw vermaningen gegeven, En in volledige trouw.
139 Ik word door ergernis verteerd, Omdat mijn vijanden uw woord vergeten;
140 Maar uw bestel is beproefd als in vuur, En uw dienstknecht heeft het lief;
141 En al ben ik maar klein en gering, Nooit wil ik uw bevelen vergeten.
142 Ongerept blijft uw gerechtigheid voor eeuwig en immer, En waarachtig uw wet;
143 Al treffen mij nood en ellende, Uw geboden zijn mijn verkwikking.
144 Uw inzettingen zijn rechtvaardig voor eeuwig; Onderricht mij er in, opdat ik blijf leven!
145 Ik roep met heel mijn hart: Jahweh verhoor mij! Uw inzettingen wil ik trouw onderhouden;
146 Ik roep U aan: ach, kom mij te hulp, Om uw vermaningen te beleven.
147 Ik ben met mijn smeken de dageraad vóór, Want ik smacht naar uw woord;
148 En mijn ogen voorkomen de nachtwake, Om op te zien naar uw bestel.
149 Hoor in uw goedheid mijn smeken, o Jahweh, En wek mij naar uw beschikking ten leven;
150 Mijn listige vervolgers zijn al nabij, Maar ze houden zich ver van uw wet;
151 Maar Gij ook, Jahweh, zijt nabij, En waarachtig zijn al uw geboden;
152 Van oudsher ken ik uw bevelen, Want Gij hebt ze gegeven voor eeuwig!
153 Aanschouw mijn ellende, en kom mij te hulp, Want nooit vergeet ik uw wet;
154 Wees mijn verdediger en mijn beschermer, En doe mij leven naar uw bestel.
155 Het heil blijft ver van de bozen verwijderd, Want ze zoeken uw inzettingen niet;
156 Maar uw barmhartigheid, Jahweh, is groot, Wek mij ten leven naar uw woord.
157 Al zijn mijn vervolgers en vijanden talrijk, Van uw vermaningen wijk ik niet af;
158 Het walgt mij, als ik trouwelozen aanschouw, Die uw geboden niet willen volbrengen.
Psalmen 119 in De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939