Text copied!
Bibles in Dutch

Psalmen 119:114-131 in Dutch

Help us?

Psalmen 119:114-131 in De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939

114 Gij zijt mijn schuts en mijn schild, Ik vertrouw op uw woord;
115 Weg van mij, zondaars, Laat mij de geboden van mijn God onderhouden!
116 Sterk mij naar uw bestel, opdat ik blijf leven, En laat mijn hoop niet worden beschaamd;
117 Stut mij, opdat ik worde gered, En mij altijd aan uw bevelen verkwikke.
118 Wie uw inzettingen verlaten, zijn U een gruwel, Want ze bedenken enkel leugens;
119 En als afval veracht Gij alle bozen op aarde, Daarom heb ik uw vermaningen lief.
120 Mijn lichaam beeft voor U van schrik, En ik ben bevreesd voor uw oordeel!
121 Een rechtvaardig oordeel hebt Gij geveld, Lever mij niet over aan mijn verdrukkers;
122 Uw woord blijve borg voor uw dienaar, Laat geen onbeschaamde mij kwellen.
123 Mijn ogen smachten naar uw heil, En naar uw rechtvaardig bestel;
124 Handel met uw dienstknecht naar uw genade, En leer mij uw inzettingen kennen;
125 Ik ben uw dienstknecht: ach, geef mij verstand, Opdat ik uw vermaningen moge begrijpen.
126 Het is tijd om te handelen, Jahweh: Men verkracht uw wet;
127 Daarom heb ik uw geboden lief, Boven goud en edel metaal;
128 Daarom richt ik mij naar al uw bevelen, En haat ik ieder leugenpad.
129 Uw vermaningen zijn wondervol, Mijn ziel neemt ze daarom in acht;
130 De openbaring van uw woord straalt licht van zich uit, En geeft wijsheid aan de eenvoudigen;
131 En smachtend open ik mijn mond, Want ik hunker naar uw geboden.
Psalmen 119 in De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939