1 Een goede naam gaat de fijnste olie te boven, De sterfdag de dag der geboorte.
2 Beter gaat men naar een huis, waar men rouwt, Dan naar een huis, waar feest wordt gevierd. Want dat is het einde van iederen mens; Iedere levende neme het ter harte.
3 Beter te treuren dan te lachen; Want een bedrukt gelaat wekt medelijden.
4 Het hart der wijzen is in het huis, waar men rouwt, Het hart der dwazen in het huis van de vreugd.