Text copied!
Bibles in Dutch

Prediker 3:6-16 in Dutch

Help us?

Prediker 3:6-16 in De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939

6 Een tijd van zoeken, en een tijd van verliezen; Een tijd van bewaren, en een tijd van verspillen;
7 Een tijd van scheuren, en een tijd van naaien; Een tijd van zwijgen, en een tijd van spreken;
8 Een tijd van beminnen, en een tijd van haten; Een tijd van oorlog, en een tijd van vrede.
9 Wat heeft de zwoeger dan nog voor nut Van de moeite, die hij zich getroost?
10 Ik begreep, hoe God aan de mensen hun taak heeft gegeven, Om er zich mee af te tobben.
11 Al wat Hij maakte, is goed op zijn tijd; En al heeft Hij ook de eeuwigheid gelegd in het hart van den mens, Toch kan de mens de daden van God Niet van het begin tot het einde doorgronden.
12 Zo begreep ik, dat er niets beter is voor den mens, Dan zich verheugen en zich te goed doen in het leven.
13 Want als iemand kan eten en drinken En van al zijn zwoegen genieten, Dan is dat een gave van God!
14 Ik begreep, dat al wat God doet, voor altijd blijft; Daar kan men niets aan toevoegen of van afdoen: God maakt het zo, dat men Hem vreest.
15 Wat thans bestaat, was er reeds lang; En wat er zijn zal, bestond al vroeger; Want God zoekt wat voorbij is, telkens weer op.
16 Ook zag ik onder de zon, Dat het onrecht zetelt op de plaats van het recht, En de boze op de plaats van den vrome.
Prediker 3 in De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939