Text copied!
Bibles in Dutch

Lucas 1:24-62 in Dutch

Help us?

Lucas 1:24-62 in De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939

24 Enige tijd later kwam zijn vrouw Elisabet in gezegende omstandigheden; ze verborg zich vijf maanden lang, en sprak:
25 Dit heeft de Heer voor mij gedaan, toen Hij neerzag, om mijn schande bij de mensen weg te nemen.
26 In de zesde maand werd de engel Gábriël door God naar een stad van Galilea gezonden, Názaret genaamd,
27 tot een maagd, die verloofd was aan een man, die Josef heette, en uit het huis van David was; de naam van de maagd was Maria.
28 De engel trad bij haar binnen, en sprak: Wees gegroet, vol van genade. De Heer is met u; gij zijt de gezegende onder de vrouwen.
29 Ze verschrok van dit woord, en vroeg zich af, wat die groet kon beduiden.
30 De engel zeide haar: Vrees niet, Maria, want gij hebt genade gevonden bij God.
31 Zie, gij zult in uw schoot ontvangen, en een Zoon baren; en gij zult Hem Jesus noemen.
32 Hij zal groot zijn, en Zoon van den Allerhoogste worden genoemd. God de Heer zal Hem de troon van zijn vader David geven; Hij zal koning zijn over het huis van Jakob in eeuwigheid,
33 en aan zijn koningschap zal geen einde komen.
34 Maria sprak tot den engel: Hoe kan dit geschieden, daar ik geen man beken?
35 De engel antwoordde haar: De Heilige Geest zal op u neerdalen, en de kracht van den Allerhoogste zal u overschaduwen; daarom ook zal wat uit u wordt geboren, heilig zijn, en de Zoon van God worden genoemd.
36 Zie, uw bloedverwant Elisabet heeft ook een zoon ontvangen in haar ouderdom, en zij, die onvruchtbaar heette, is in haar zesde maand;
37 want niets is onmogelijk bij God.
38 Nu sprak Maria: Zie de dienstmaagd des Heren; mij geschiede naar uw woord. En de engel ging van haar heen.
39 In die dagen ging Maria op weg, en spoedde zich het bergland in, naar een stad van Juda.
40 Ze kwam in het huis van Zakarias, en begroette Elisabet.
41 Toen Elisabet de groet van Maria vernam, sprong het kind op in haar schoot, en werd Elisabet van den Heiligen Geest vervuld.
42 Met luider stem hief ze aan: Gij zijt de gezegende onder de vrouwen, en gezegend is de vrucht van uw schoot!
43 Wat valt mij te beurt, dat de moeder van mijn Heer naar mij toekomt?
44 Want zie, zodra de klank van uw groet mij in de oren klonk, sprong het kind van vreugde op in mijn schoot.
45 Zalig zij, die geloofd heeft; want wat haar namens den Heer is gezegd, zal worden vervuld.
46 Maria sprak: Mijn ziel prijst groot den Heer, Mijn geest jubelt van vreugde
47 In God, mijn Redder;
48 Want Hij ziet op de geringheid neer van zijn dienstmaagd. Zie, van nu af prijzen mij zalig Alle geslachten;
49 Want de Machtige heeft aan mij grote dingen gedaan: Zijn Naam is heilig!
50 Zijn barmhartigheid reikt van geslacht tot geslacht Over hen, die Hem vrezen;
51 Hij toont de kracht van zijn arm, En slaat de trotsen van harte uiteen.
52 De machtigen haalt Hij neer van de troon, Maar Hij verheft de geringen;
53 Behoeftigen overlaadt Hij met gaven, En rijken zendt Hij ledig heen.
54 Hij heeft Zich over Israël, zijn dienaar, ontfermd; Zijn barmhartigheid indachtig:
55 Zoals Hij tot onze vaderen sprak: Aan Abraham en zijn zaad voor altijd.
56 Maria bleef ongeveer drie maanden bij haar; toen keerde ze terug naar huis.
57 Zo kwam voor Elisabet de tijd van haar moederschap, en ze baarde een zoon.
58 Haar buren en familie hoorden, dat de Heer haar grote barmhartigheid had betoond, en ze deelden in haar vreugde.
59 Op de achtste dag kwam men het kind besnijden, en men wilde het Zakarias noemen, naar de naam van zijn vader.
60 Maar zijn moeder nam het woord en sprak: Neen, Johannes zal hij heten.
61 Ze zeiden haar: Er is niemand in uw familie, die deze naam heeft.
62 Nu gaven ze zijn vader een teken, hoe hij hem wilde noemen.
Lucas 1 in De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939