Text copied!
Bibles in Dutch

Johannes 4:30-37 in Dutch

Help us?

Johannes 4:30-37 in De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939

30 En men ging de stad uit, en kwam naar Hem toe.
31 Intussen nodigden de leerlingen Hem uit, en zeiden: Rabbi, eet.
32 Maar Hij sprak tot hen: Ik heb een spijs te eten, die gij niet kent.
33 De leerlingen zeiden dus tot elkander: Heeft iemand Hem soms iets te eten gebracht?
34 Jesus sprak tot hen: Mijn spijs is, de wil te volbrengen van Hem, die Mij heeft gezonden, en zijn werk te voltooien.
35 Zegt gij niet: Nog vier maanden, en dan komt de oogst? Zie, Ik zeg u: Slaat uw ogen op, en kijkt naar de velden; ze staan reeds wit voor de oogst.
36 Ook de maaier ontvangt loon, en verzamelt vrucht ten eeuwigen leven, opdat zaaier en maaier zich samen verheugen.
37 Want hier wordt het spreekwoord bewaarheid: de een zaait, de ander maait.
Johannes 4 in De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939