Text copied!
Bibles in Dutch

Handelingen 26:3-16 in Dutch

Help us?

Handelingen 26:3-16 in De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939

3 en dit des te meer, omdat gij alle gebruiken en strijdvragen der Joden kent. Daarom bid ik u, mij geduldig aan te horen.
4 Wat mijn vroeger leven betreft, dat is aan alle Joden bekend, daar ik het van jongsaf aan onder mijn volk te Jerusalem heb doorgebracht.
5 Ze weten, als ze het maar willen getuigen, dat ik van de aanvang af naar de strengste richting van onze godsdienst als farizeër heb geleefd.
6 En thans sta ik terecht om de verwachting van de Belofte, die God aan onze vaderen deed,
7 en wier vervulling onze twaalf stammen vol hoop tegemoet blijven zien, door God dag en nacht met ijver te dienen. Om die verwachting, o koning, word ik door de Joden beschuldigd.
8 Wat ongelovigs vindt gij er in, dat God doden doet verrijzen?
9 Om op mijzelf terug te komen: ik meende dus, dat het mijn plicht was, zeer vijandig op te treden tegen de naam van Jesus van Názaret.
10 Dat heb ik dan ook te Jerusalem gedaan. Door de opperpriesters gemachtigd, heb ik een groot aantal heiligen in de gevangenis geworpen; en als ze ter dood werden gebracht, stemde ik er voor.
11 In alle synagogen heb ik ze vaak gekastijd, en ze tot godslastering trachten te dwingen. Mijn woede kende geen grenzen; ik heb ze vervolgd tot in de steden van het buitenland.
12 Met dat doel reisde ik naar Damascus met volmacht en opdracht van de opperpriesters.
13 Nog was ik op weg, toen ik, o koning, op klaarlichte dag een licht uit de hemel, dat de glans van de zon overtrof, om mij en mijn gezellen zag bliksemen.
14 We vielen allen neer op de grond, en ik hoorde een stem, die in het hebreeuws tot mij sprak: “Saul, Saul, waarom vervolgt ge Mij? Het valt u hard, terug te slaan tegen de prikkel”.
15 Ik antwoordde: “Wie zijt Gij, Heer”? En de Heer sprak: Ik ben Jesus, dien ge vervolgt.
16 Maar richt u op, en sta op uw voeten. Want hiertoe ben Ik u verschenen, om u aan te stellen tot dienaar en getuige van wat ge gezien hebt, en van wat Ik u zal laten zien.
Handelingen 26 in De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939