Text copied!
CopyCompare
De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939 - Spreuken - Spreuken 8

Spreuken 8:19-30

Help us?
Click on verse(s) to share them!
19Mijn vrucht is meer waard dan het edelste goud, Meer dan het fijnste zilver mijn oogst.
20Ik wandel op de weg der gerechtigheid, Midden op de paden van het recht:
21Om die mij beminnen, met bezit te verrijken, En hun schatkamers te vullen.
22Jahweh schiep mij als zijn eerste gewrocht, Als het eerste werk, dat Hij ooit heeft gemaakt;
23Van oudsher ben ik gevormd, Van den beginne, vóór de eerste tijden der aarde.
24Toen er nog geen oceanen waren. was ik geboren, Toen er nog geen bronnen, rijk aan water, bestonden;
25Eer de bergen waren neergelaten, Eer de heuvels ontstonden, werd ik geboren,
26Eer Hij de aarde had gemaakt en de velden, En alle grondstoffen der wereld.
27Toen Hij de hemel welfde, was ik aanwezig, Toen Hij een kring trok rond het vlak van de oceaan;
28Toen Hij daarboven de wolken bevestigde, En de bronnen van de oceaan begonnen te stromen;
29Toen Hij de zee haar grenzen stelde, Dat de wateren haar oevers niet zouden overschrijden; Toen Hij de fundamenten der aarde legde:
30Was ik bij Hem als een troetelkind, Was ik elke dag zijn vermaak, Dartelde ik heel de tijd onder zijn ogen,

Read Spreuken 8Spreuken 8
Compare Spreuken 8:19-30Spreuken 8:19-30