Text copied!
CopyCompare
De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939 - Spreuken - Spreuken 15

Spreuken 15:14-31

Help us?
Click on verse(s) to share them!
14Een verstandig hart streeft naar kennis, De mond der dommen vermeit zich in dwaasheid.
15Een neerslachtig mens heeft steeds kwade dagen, Voor een blijmoedig karakter is het altijd feest.
16Beter weinig te bezitten en Jahweh te vrezen, Dan vele schatten met wroeging erbij.
17Beter een schoteltje groente, waar liefde heerst, Dan een gemeste stier met haat erbij.
18Een driftkop stookt ruzie, Een lankmoedig mens bedaart de twist.
19De weg van een luiaard is als een doornheg, Het pad der vlijtigen is gebaand.
20Een verstandig kind is een vreugde voor zijn vader, Een dwaas mens minacht zijn moeder.
21In dwaasheid vindt een onverstandig mens zijn genoegen, Een man van inzicht houdt de rechte weg.
22Bij gebrek aan overleg mislukken de plannen, Na rijp beraad komen ze tot stand.
23Men kan plezier hebben in zijn eigen antwoord; Maar hoe treffend is een woord, dat van pas komt!
24De wijze gaat de weg des levens omhoog, Hij wil het dodenrijk beneden ontwijken.
25Jahweh haalt het huis der hoogmoedigen neer, Maar zet de grenspaal van een weduwe vast.
26Jahweh heeft een afschuw van snode plannen, Maar vriendelijke woorden zijn Hem rein.
27Wie oneerlijke winst maakt, schaadt zijn eigen huis; Maar wie van omkoperij niets moet hebben, blijft leven.
28Een rechtvaardig mens overweegt wat hij zegt, De mond der bozen stort onheil uit.
29Jahweh is verre van de zondaars, Maar Hij hoort het gebed der rechtvaardigen.
30Stralende ogen verblijden het hart, Een goede tijding verkwikt het gebeente.
31Wie naar heilzame vermaning luistert, Woont in de kring der wijzen.

Read Spreuken 15Spreuken 15
Compare Spreuken 15:14-31Spreuken 15:14-31