Text copied!
CopyCompare
De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939 - Romeinen - Romeinen 11

Romeinen 11:14-34

Help us?
Click on verse(s) to share them!
14juist om mijn rasgenoten tot naijver te prikkelen en sommigen van hen te behouden.
15Want zo hun verwerping de verzoening der wereld geweest is, wat zal dan hun weder-opneming anders zijn, dan een opstanding uit de doden?
16Zijn immers de eerstelingen heilig, dan ook het deeg; en is de wortel heilig, dan ook de takken.
17Welnu, wanneer enige van die takken zijn weggekapt, en gij, wilde olijf, in hun plaats zijt geënt en uw deel hebt gekregen van de wortel en het sap van de olijfboom,
18gaat dan niet pochen tegen de takken. En zo ge gaat pochen; niet gij draagt de wortel, maar de wortel draagt u!
19Misschien zult ge zeggen: de takken zijn weggekapt, opdat ik zou worden geënt.
20Heel goed; maar de takken zijn weggekapt om hun ongeloof, en gij zit vast door het geloof. -Koester geen hoge dunk van uzelf, maar vrees;
21wanneer God de echte takken niet heeft ontzien, dan zal Hij ook ú niet ontzien.
22Overweegt dus de goedheid, maar ook de strengheid van God: Gods strengheid over hen, die zijn weggevallen, doch zijn goedheid voor u, zo ge door zijn goedheid volhardt; anders zult ook gij worden weggekapt.
23Maar ook die anderen zullen weer worden geënt, wanneer ze niet volharden in hun ongeloof; want God is bij machte, om ze opnieuw te enten.
24Waarachtig, wanneer gijzelf van een wilde olijf zijt gekapt waartoe ge van nature behoort, en tegen de natuur in, op de tamme olijf zijt geënt; hoeveel gemakkelijker zullen zij op hun eigen olijf worden geënt, waartoe ze van nature behoren!
25Welnu broeders, om u te behoeden voor zelfoverschatting, wil ik u niet onkundig laten van dit geheim: een deel van Israël is verhard, totdat de massa der heidenen is binnengegaan;
26en dan zal heel Israël worden gered; zoals er geschreven staat: “De Verlosser zal komen uit Sion, De goddeloosheid verwijderen van Jakob:
27En dit zal mijn Verbond met hen zijn, Wanneer Ik hun zonden zal hebben vergeven.”
28Zeker, met betrekking tot het Evangelie zijn ze vijanden om uwentwil; maar met betrekking tot de uitverkiezing zijn ze de welbeminden om wille der Vaders;
29want nooit heeft God berouw over genadegaven en roeping.
30Zoals gij eertijds ongehoorzaam aan God zijt geweest, maar thans door hùn ongehoorzaamheid barmhartigheid hebt gevonden,
31zó zijn ook zij nu nog wel ongehoorzaam om de u betoonde ontferming, opdat eenmaal ook zij op hun beurt barmhartigheid mogen verkrijgen.
32Want God heeft allen onder ongehoorzaamheid gevangen gehouden, om aan allen zijn barmhartigheid te tonen.
33O afgrond van rijkdom en wijsheid en kennis van God! Hoe ondoorgrondelijk zijn toch zijn raadsbesluiten, hoe onnaspeurlijk zijn wegen!
34“Wie toch kent ‘s Heren gedachte, Of wie is zijn raadsman geweest?

Read Romeinen 11Romeinen 11
Compare Romeinen 11:14-34Romeinen 11:14-34