Text copied!
CopyCompare
De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939 - Psalmen - Psalmen 77

Psalmen 77:3-13

Help us?
Click on verse(s) to share them!
3Mijn ziel weigert troost: denk ik aan God, ik moet kreunen; Peins ik na, mijn geest is verslagen.
4Ik kan mijn ogen niet sluiten, En van onrust niet spreken.
5Ik denk aan de oude dagen terug, En herinner me weer de vroegere jaren;
6Ik lig er ‘s nachts over te peinzen, Te klagen, en in mijn gedachten te tobben.
7Zou de Heer dan voor altijd verstoten, En nooit genadig meer zijn;
8Zou zijn liefde voorgoed zijn verdwenen, Zijn belofte verbroken, die Hij deed van geslacht tot geslacht;
9Zou God zijn vergeten, Zich te ontfermen, Of in zijn toorn zijn hart hebben gesloten?
10Maar ik sprak: Neen, dìt werp ik ver van mij af, Dat de hand van den Allerhoogste veranderd zou zijn!
11Ik dacht dus aan uw daden, o Jahweh, Dacht terug aan uw vroegere wonderen;
12Peinsde over al uw werken, Overwoog, wat door U is verricht.
13Ja, uw weg was heilig, o God; Welke God was ontzaglijk als Jahweh!

Read Psalmen 77Psalmen 77
Compare Psalmen 77:3-13Psalmen 77:3-13