Text copied!
CopyCompare
De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939 - Psalmen - Psalmen 55

Psalmen 55:4-14

Help us?
Click on verse(s) to share them!
4Mijn hart krimpt in mijn boezem, En doodsangst bekruipt mij;
5Vrees en ontzetting houden mij beklemd, En de schrik grijpt mij aan.
6Ik dacht: Had ik maar vleugels als een duif, Dan vloog ik heen, om een wijkplaats te vinden;
7Ver, ver weg zou ik vluchten, En een rustoord zoeken in de woestijn.
8Ik zou mij haastig in veiligheid stellen Voor de razende storm,
9Voor de wervelstorm, Heer, En voor de stortvloed van hun tongen. Want ik zie geweld ontketend, En de strijd tegen de stad;
10Dag en nacht trekken ze om haar heen, Over haar wallen. Daarbinnen heerst onrecht en knevelarij,
11En de misdaad troont in haar midden; En van haar pleinen wijkt Geweld noch bedrog.
12En was het een vijand, die mij beschimpte, Ik zou het verdragen; Of een van mijn haters, die mij hoonde, Ik zou mij verschuilen.
13Maar gij, een man van mijn stam, Mijn vriend en mijn makker,
14Met wien ik vertrouwelijk omging, Eendrachtig leefde in Gods huis!

Read Psalmen 55Psalmen 55
Compare Psalmen 55:4-14Psalmen 55:4-14