Text copied!
CopyCompare
De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939 - Psalmen - Psalmen 35

Psalmen 35:6-10

Help us?
Click on verse(s) to share them!
6Hun weg zij donker en glad, Wanneer de Engel van Jahweh ze nazet.
7Want zonder reden hebben ze mij hun netten gespannen, Zonder aanleiding een kuil mij gegraven.
8Moge hem de ondergang treffen, Eer hij het weet; Laat het net, dat hij spande, hem vangen, Laat hem vallen in zijn eigen kuil!
9Dan zal mijn ziel in Jahweh juichen, Zich over mijn redding verheugen;
10En heel mijn gebeente zal zeggen: “Jahweh, wie is U gelijk? Gij beschermt den zwakke tegen den sterke, Den zwakke en arme tegen zijn berovers!”

Read Psalmen 35Psalmen 35
Compare Psalmen 35:6-10Psalmen 35:6-10