4Ach, hoe zouden wij Jahweh’s liederen zingen Op vreemde bodem!
5Jerusalem, zo ik u zou vergeten, Ik vergat mijn rechterhand nog eer;
6Mijn tong mag aan mijn gehemelte kleven, Zo ik u niet gedenk: Zo ik niet meer van Jerusalem houd, Dan van het toppunt van vreugde.