Text copied!
CopyCompare
De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939 - Psalmen - Psalmen 119

Psalmen 119:99-139

Help us?
Click on verse(s) to share them!
99Ik heb meer verstand dan al mijn meesters, Want ik denk over uw vermaningen na;
100En ik heb helderder inzicht dan de oudsten, Want ik neem uw bevelen in acht.
101Van alle slechte paden houd ik mijn voeten, Om uw woord te volbrengen;
102En van uw voorschriften wijk ik niet af, Want Gij hebt ze mij zelf onderwezen.
103Hoe zoet voor mijn gehemelte is uw bestel, Meer dan honing voor mijn mond;
104Door uw inzettingen ben ik verstandig geworden, En haat dus ieder leugenpad.
105Uw woord is een lamp voor mijn voeten, En een licht op mijn pad;
106Ik heb gezworen, en zal het gestand doen, Uw rechtvaardige voorschriften te onderhouden.
107Ach, Jahweh, ik ga zo diep gebukt, Wek mij ten leven naar uw bestel;
108Wil de offeranden van mijn mond aanvaarden, o Jahweh, En onderricht mij in uw geboden.
109Al zweeft mijn leven in voortdurend gevaar, Toch vergeet ik nimmer uw wet;
110En al leggen de bozen mij strikken, Van al uw bevelen wijk ik niet af.
111Uw vermaningen blijven mijn erfdeel voor eeuwig, Want ze zijn de vreugd van mijn hart;
112En ik heb er mijn hart op gezet, Naar uw inzettingen te leven voor eeuwig en immer!
113Ik haat halfslachtige wezens, Maar uw wet heb ik lief;
114Gij zijt mijn schuts en mijn schild, Ik vertrouw op uw woord;
115Weg van mij, zondaars, Laat mij de geboden van mijn God onderhouden!
116Sterk mij naar uw bestel, opdat ik blijf leven, En laat mijn hoop niet worden beschaamd;
117Stut mij, opdat ik worde gered, En mij altijd aan uw bevelen verkwikke.
118Wie uw inzettingen verlaten, zijn U een gruwel, Want ze bedenken enkel leugens;
119En als afval veracht Gij alle bozen op aarde, Daarom heb ik uw vermaningen lief.
120Mijn lichaam beeft voor U van schrik, En ik ben bevreesd voor uw oordeel!
121Een rechtvaardig oordeel hebt Gij geveld, Lever mij niet over aan mijn verdrukkers;
122Uw woord blijve borg voor uw dienaar, Laat geen onbeschaamde mij kwellen.
123Mijn ogen smachten naar uw heil, En naar uw rechtvaardig bestel;
124Handel met uw dienstknecht naar uw genade, En leer mij uw inzettingen kennen;
125Ik ben uw dienstknecht: ach, geef mij verstand, Opdat ik uw vermaningen moge begrijpen.
126Het is tijd om te handelen, Jahweh: Men verkracht uw wet;
127Daarom heb ik uw geboden lief, Boven goud en edel metaal;
128Daarom richt ik mij naar al uw bevelen, En haat ik ieder leugenpad.
129Uw vermaningen zijn wondervol, Mijn ziel neemt ze daarom in acht;
130De openbaring van uw woord straalt licht van zich uit, En geeft wijsheid aan de eenvoudigen;
131En smachtend open ik mijn mond, Want ik hunker naar uw geboden.
132Keer U tot mij, en wees mij genadig, Naar uw beschikking voor hen, die uw Naam beminnen;
133Richt mijn schreden naar uw bestel, En laat geen onheil mij treffen.
134Bevrijd mij van de verdrukking der mensen, Opdat ik trouw uw bevelen volbrenge;
135Laat uw aangezicht stralen over uw dienstknecht, En leer mij uw inzettingen kennen.
136Stromen van tranen ontwellen mijn ogen, Omdat men uw wet niet beleeft.
137Rechtvaardig zijt Gij, o Jahweh, En ook uw voorschriften zijn volgens recht;
138In gerechtigheid hebt Gij uw vermaningen gegeven, En in volledige trouw.
139Ik word door ergernis verteerd, Omdat mijn vijanden uw woord vergeten;

Read Psalmen 119Psalmen 119
Compare Psalmen 119:99-139Psalmen 119:99-139