Text copied!
CopyCompare
De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939 - Jozua - Jozua 19

Jozua 19:33-51

Help us?
Click on verse(s) to share them!
33Hun grens liep van Chélef, van de eik van Saänannim, en over Adami-Hannékeb en Jabneël tot Lakkoem, en eindigde bij de Jordaan.
34Dan liep ze in westelijke richting terug naar Aznot-Yabor, en kwam vandaar bij Choekkok uit. Ze raakte aan Zabulon in het zuiden, aan Aser in het westen, en aan de Jordaan in het oosten.
35Versterkte steden waren: Hassiddim, Ser, Chammat, Rakkat, Gennezaret,
36Adama, Rama, Chasor,
37Kédesj, Edréi, En-Chasor,
38Jiron, Migdal-El, Chorem, Bet-Anat en Bet-Sjémesj; negentien steden met haar dorpen.
39Deze steden met haar dorpen vormden het erfdeel van de families van de stam der Neftalieten.
40Het zevende lot viel voor de families van de stam der Danieten.
41De grens van hun erfdeel liep over Sora, Esjtaol, Ir-Sjémesj,
42Sjaälabbin, Ajjalon, Jitla,
43Elon, Timnata, Ekron,
44Elteke, Gibton, Baälat, Jehoed,
45Bene-Berak, Gat-Rimmon,
46Me-Hajjarkon en Harakkon, met inbegrip van het gebied tegenover Joppe.
47Maar toen het gebied der Danieten te eng voor hen werd, trokken ze op, vielen Lésjem aan, namen het in, en joegen het over de kling. Ze namen het in bezit, gingen er wonen, en gaven aan Lésjem de naam Dan, zoals hun vader heette.
48Deze steden met haar dorpen vormden het erfdeel van de families van de stam der Danieten.
49Toen de Israëlieten de verschillende gebieden van het land als erfdeel hadden verdeeld, bepaalden zij in hun midden een erfdeel voor Josuë, den zoon van Noen.
50Op Jahweh’s bevel gaven ze hem de stad, waarom hij verzocht had, Timnat-Sérach in het bergland van Efraïm. Hij versterkte die stad, en vestigde er zich.
51Dit zijn dan de erfdelen, die de priester Elazar en Josuë, de zoon van Noen, met de familiehoofden aan de stammen der Israëlieten door het lot hebben toegewezen te Sjilo voor het aanschijn van Jahweh, aan de ingang van de openbaringstent. En zo kwamen ze gereed met de verdeling van het land.

Read Jozua 19Jozua 19
Compare Jozua 19:33-51Jozua 19:33-51