Text copied!
CopyCompare
De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939 - Johannes - Johannes 4

Johannes 4:18-33

Help us?
Click on verse(s) to share them!
18Want vijf mannen hebt ge gehad, en dien ge nu hebt, is niet uw man; dat hebt ge naar waarheid gezegd.
19De vrouw zei Hem: Heer, ik zie, dat Gij een profeet zijt.
20Onze vaderen aanbaden God op deze berg, en gij allen beweert, dat in Jerusalem de plaats is gelegen, waar men Hem aanbidden moet.
21Jesus sprak tot haar: Geloof Mij, vrouw; er komt een uur, waarin gij noch op deze berg noch te Jerusalem den Vader zult aanbidden.
22Gij aanbidt wat gij niet kent; wij aanbidden wat we kennen; want het Heil komt uit de Joden.
23Maar toch, er komt een uur, en het is er reeds, waarin de ware aanbidders den Vader in geest en waarheid zullen aanbidden. Want de Vader verlangt zulke aanbidders;
24God is een geest, en wie Hem aanbidden, moeten in geest en waarheid aanbidden.
25De vrouw zeide Hem: Ik weet, dat de Messias komt, (die Christus genoemd wordt); wanneer Die komt, dan zal Hij ons alles verkondigen.
26Jesus zeide haar: Dat ben Ik, die met u spreek.
27Op dat ogenblik kwamen zijn leerlingen terug, en ze verwonderden zich, dat Hij met een vrouw aan het spreken was. Maar niemand zeide: Wat wenst Gij, of wat bespreekt Gij met haar?
28De vrouw liet nu haar waterkruik staan, ging naar de stad, en zei tot de mensen:
29Komt eens zien naar een man, die mij alles gezegd heeft wat ik gedaan heb; Hij is misschien wel de Christus!
30En men ging de stad uit, en kwam naar Hem toe.
31Intussen nodigden de leerlingen Hem uit, en zeiden: Rabbi, eet.
32Maar Hij sprak tot hen: Ik heb een spijs te eten, die gij niet kent.
33De leerlingen zeiden dus tot elkander: Heeft iemand Hem soms iets te eten gebracht?

Read Johannes 4Johannes 4
Compare Johannes 4:18-33Johannes 4:18-33